Kort gezegd wordt onder een hypomane episode een minder hevige manische periode verstaan waarbij de symptomen vanwege hun mildere karakter het algemeen functioneren niet duidelijk verstoren. Er is echter wel sprake van een onmiskenbaar verschil met het normale gedrag van de persoon in kwestie. Verder gaat een hypomanie nooit gepaard met psychotische verschijnselen. Hypomane perioden worden over het algemeen door de betrokkene vaak positief gewaardeerd en ook de omgeving ervaart een dergelijke episode niet altijd als afwijkend. Dit in tegenstelling tot depressies bij diezelfde persoon.
Een hypomane episode begint over het algemeen plotseling met een snelle escalatie van symptomen binnen een dag of twee. De episodes kunnen weken tot maanden aanhouden en duren normaal gesproken korter dan depressieve episodes. In veel gevallen worden de hypomane episodes voorafgegaan of gevolgd door een depressieve episode. Uit onderzoek komt naar voren dat zo’n 5 – 15% van de mensen met hypomanie uiteindelijk een manische episode zal ontwikkelen.
Bij adolescenten kunnen hypomane episodes vergezeld gaan van spijbelen van school, antisociaal gedrag, slechte schoolprestaties of middelenmisbruik.
Symptomen zoals deze tijdens een hypomane episode worden waargenomen kunnen te wijten zijn aan de directe effecten van antidepressieve medicatie, elektroconvulsieve therapie, lichttherapie of andere medicatie zoals corticosteroïden. Deze mogen echter niet beschouwd worden als een hypomane episode.
Kenmerken van een hypomane episode
- een duidelijk herkenbare periode van tenminste vier dagen waarbij er sprake is van een abnormale en voortdurend verhoogde, expansieve of prikkelbare stemming, die duidelijk anders is dan de gebruikelijke niet-depressieve stemming. De verhoogde stemming wordt als eufoor, opgewekt of high beschreven. Hoewel de verhoogde stemming kenmerkend is voor de hypomane episode, kan de verstoorde stemming geïrriteerd zijn of switchen tussen euforisch en geïrriteerdheid.
- gedurende deze periode moeten zich nog minimaal drie (vier indien de stemming alleen geprikkeld is) van de volgende symptomen voordoen:
- opgeblazen gevoel van eigenwaarde of grootheidsideeën (geen waanvoorstellingen)
- afname van de slaapbehoefte waarbij diegene eerder dan gebruikelijk ontwaakt en veel energie heeft (zich bijvoorbeeld na drie uur slaap al uitgerust voelt)
- spreekdrang of spraakzamer dan gebruikelijk waarbij er wat luider en sneller dan normaal gesproken wordt maar de persoon in kwestie niet moeilijk te onderbreken is. Datgene wat verteld wordt kan vol grappen, woordspelingen en irrelevanties zitten.
- gedachtevlucht (komt niet vaak voor en duurt in die gevallen kort) of de subjectieve beleving dat de gedachten jagen
- verhoogde afleidbaarheid (wordt dikwijls waargenomen waarbij er sprake is van snelle veranderingen in spraak of activiteit ten gevolge van het reageren op diverse irrelevante externe prikkels)
- toename van doelgerichte activiteit (ofwel sociaal, op het werk of op school ofwel seksueel) of psychomotorische agitatie. Dit kan bijvoorbeeld het plannen of deelnemen aan veel activiteiten inhouden. Deze activiteiten zijn vaak creatief en productief van aard zoals het schrijven van een brief aan de uitgever of het ordenen van papierwerk.
- zich overmatig bezighouden met aangename activiteiten waarbij een grote kans op pijnlijke gevolgen bestaat (bijvoorbeeld ongeremde koopwoede of seksuele indiscreties). Over het algemeen is er een toename van gezelligheid en dit kan ook gelden voor seksuele activiteit. Er kan sprake zijn van impulsief gedrag zoals roekeloos autorijden of onverstandige zakelijke investeringen. Deze handelingen zijn echter over het algemeen georganiseerd, niet bizar en resulteren niet in dusdanige consequenties die kenmerkend voor een manische episode zijn.
- de stemming dient onmiskenbaar te verschillen van de gebruikelijke niet-depressieve stemming en er moet sprake zijn van een duidelijke verandering in het functioneren, die niet karakteristiek is voor de betrokkene wanneer deze symptoomvrij is
- de veranderingen in stemming en functioneren moeten door anderen worden waargenomen
- in tegenstelling tot een manische episode is een hypomane episode niet ernstig genoeg om duidelijke beperkingen in sociaal of beroepsmatig functioneren te veroorzaken of opname in een ziekenhuis noodzakelijk te maken. Verder is er geen sprake van psychotische verschijnselen. De functioneringsverandering kan bij sommige mensen leiden tot een duidelijke toename van iemands competentie, prestaties of creativiteit hoewel deze bij andere enige beperking in het sociale of beroepsmatig functioneren veroorzaakt.
- de verstoorde stemming en andere symptomen mogen niet het directe fysiologische gevolg zijn van een middel zoals drugs, een geneesmiddel of andere behandeling van depressie (ECT of lichttherapie) of blootstelling aan een giftige stof. Verder mag de episode niet te wijten zijn aan de directe fysiologische effecten van een somatische aandoening (bijvoorbeeld multipele sclerose of hersentumor).