Mensen met een angststoornis vinden het dikwijls erg moeilijk hun ervaringen onder woorden te brengen om uit te leggen wat ze nou echt ervaren, zeker als hun angst ook nog eens vergezeld gaat van paniekaanvallen of gevoelens van dissociatie. Zo’n 50% van hen ervaart een depressieve stoornis als secundaire aandoening ten gevolge van de heftige fysieke en emotionele impact die een paniekaanval nalaat. Angststoornissen komen vaak voor in combinatie met depressie. Depressies kunnen dus veroorzaakt worden door een angststoornis. Daarnaast kunnen ernstig depressieve mensen ook angstig zijn als gevolg van de ervaringen die de depressiviteit met zich meebrengt.
Hoewel de diagnose van depressie en angst langs dezelfde lijn kan lopen zijn er ook verschillen. Een diagnose wordt echter moeilijker te stellen als iemand zowel symptomen van angst als depressie vertoont, zeker ook gezien het feit dat beide stoornissen veel dezelfde kenmerken delen. Een verkeerde diagnose kan tijdelijk helpen de klachten te bestrijden maar aangezien de onderliggende oorzaak niet wordt opgelost zullen deze blijven terugkeren.
Symptomen die angst van depressie kunnen onderscheiden (of een andere onderliggende oorzaak hebben):
Kenmerken angststoornis
Een angststoornis wordt gekenmerkt door gevoelens van (overmatige) angst en vrees. De bijbehorende fysieke gevoelens zijn agitatie, spierspanning en angstsymptomen waaronder hartklachten, misselijkheid, dissociatie, diarree en ademhalingsproblemen. Een algemeen gevoel van gespannenheid en stijfheid overheerst. Iemand die angstig is verliest zijn interesse en plezier in de dagelijkse dingen vanwege de constante behoefte de angstsymptomen te vermijden. Daarnaast voelt diegene zich overmatig of ongepast schuldig als gevolg van de strijd die hij voert om de angststoornis te overwinnen en over de invloed hiervan op de omgeving. Ook zijn het gevoel van zelfvertrouwen en eigenwaarde gedaald als gevolg van de stoornis.
Een angststoornis kan het gevolg zijn van perfectionisme waarbij men zich druk maakt over het uiteindelijke resultaat van ondernomen activiteiten, wat weer kan leiden tot slechte prestaties. Iemand die angstig is kan bang zijn voor de dood maar is daarbij niet gericht op suïcide. Gedachten aan zelfmoord komen wel voor als depressie de secundaire diagnose is.
De overweldigende ervaring die de angst met zich meebrengt zorgt voor vermoeidheid en concentratieverlies. Ook is slaapgebrek een kenmerk van een angststoornis, evenals moeite hebben met slapen vanwege nachtelijke paniekaanvallen, gedachten en angstgevoelens. Er kan verlies van eetlust optreden maar ook wordt overdadig eten waargenomen.
Lees meer over angst
Kenmerken depressieve stoornis
Een depressie kenmerkt zich door gevoelens van leegte, ellende, intens verdriet en verlies van hoop. Er is sprake van een gebrek aan fysieke energie en fysieke bewegingen zijn vertraagd (fysieke lichaamszwakte). Bij depressieve stoornissen ontbreken gevoelens van interesse en ambitie waardoor slecht gepresteerd kan worden. Dit interesseverlies en het onvermogen plezier aan dagelijkse activiteiten te beleven is gerelateerd aan het ontbreken van fysieke, emotionele en cognitieve energie. Bij een ernstige depressie komen suïcidale gedachten voor. Daarnaast heeft iemand die depressief is overdadige of ongepaste schuldgevoelens waarbij het gevoel van zelfvertrouwen en de eigenwaarde laag zijn.
Vermoeidheid hangt bij de depressieve stoornis samen met de energiedaling die zich in verband met de depressieve stemming voordoet. Deze daling van energie zorgt er tevens voor dat concentreren moeite kost, zeker ook omdat de geest vertraagd is. Iemand die depressief is heeft moeite met slapen. In sommige gevallen wordt er te veel gegeten maar meestal is er sprake van een gebrek aan eetlust.
Overeenkomende symptomen
De onderliggende oorzaak van de symptomen van depressie en angst kan echter verschillen, zoals toegelicht in de tekst hierboven.
- Hoofdpijn
- Spierspanning
- Pijn
- Verlies van libido of seksueel genot
- Aanzienlijk toegenomen gewicht of gewichtsverlies
- Gevoelens van schuld en zelfverwijt of minderwaardigheid
- Slecht presteren
- Vermoeidheid
- Concentratieverlies
- Slaapproblemen
- Verlies van eetlust of te veel eten
- Verlies van interesse/plezier in dagelijkse activiteiten
- Overdadige/ongepaste schuldgevoelens
- Afgenomen gevoel van zelfvertrouwen en eigenwaarde